PDA en autonomie

PDA staat voor Pathological Demand Avoidance, Pathologische Vraagvermijding. Een andere beschrijving die veelal door de PDA’ers zelf de voorkeur heeft is Pervasive Drive for Autonomy. Een Fundamentele Drang naar Autonomie. PDA en autonomie (vrij en ongedwongen, zelfstandig beslissingen nemen) zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.

PDA wordt algemeen beschouwd als een profiel binnen het autisme spectrum. Het betreft het vermijden van alledaagse eisen en het gebruik van ‘sociale’ strategieën als onderdeel van deze vermijding.

Een PDA profiel van autisme betekent dat:

Individuen kenmerken van autisme delen, namelijk:

  • ‘aanhoudende problemen met sociale communicatie en interactie’ en ‘beperkte en repetitieve gedragspatronen, activiteiten of interesses’
  • vaak een andere zintuiglijke ervaring met betrekking tot het zicht, geur, smaak, aanraking, gehoor en interne gewaarwordingen zoals honger of dorst

EN veel van de belangrijkste kenmerken van een PDA profiel hebben:

  • weerstand bieden bij en vermijden van de gewone eisen van het leven
  • sociale strategieën gebruiken als onderdeel van het vermijden
  • komen sociaal over (bv. oogcontact maken) maar dit maskeert onderliggende verschillen/problemen in sociale interactie en communicatie
  • ervaren intense emoties en stemmingswisselingen
  • zijn comfortabel in rollenspel, doen-alsof spel en fantasiespel
  • hebben een intense focus, vaak gericht op andere mensen (echt of fictie)
  • hebben behoefte aan controle, vaak gedreven door angst of een automatische ’threat response’
  • conventionele benaderingen in opvoeding, onderwijs of ondersteuning zijn niet effectief

Meer informatie vind je in de brochure van PDA.

Bron: PDA België en Nederland

 ‘Niet kunnen’ in plaats van ‘niet willen’

Wat maakt PDA anders dan autisme? Is ieder kind met een onstilbare behoefte aan autonomie een PDA’er? Kun je PDA’er zijn zonder autisme? Dit zijn allemaal goede vragen. PDA is alhoewel in 1980 al door Elizabeth Newson als dusdanig benoemd, nog relatief nieuw en niet opgenomen als diagnose in de DSM5 of ICD-10.

Het is maatwerk en geen enkele PDA’er is hetzelfde, net als Autisme is het een spectrum. Wel is het zo dat PDA voor nu gezien wordt als a-typisch profiel van autisme. Wat inhoudt dat een PDA’er overeenkomsten heeft met autistische kenmerken, echter de aanpak geheel anders is. Kort door de bocht gezegd werkt geen enkele autistisch gerichte behandeling bij een PDA’er. Je kunt als autistisch persoon wel PDA kenmerken hebben zonder PDA’er te zijn.

Vraagvermijding is veel voorkomend. Het onderscheid ligt erin dat een autistisch persoon vaak door aanwijsbare oorzaken niet kan voldoen aan een vraag of opdracht, ligt er iets in de weg om te kunnen doen wat er van hen wordt gevraagd. Wordt dit geïdentificeerd en als obstakel uit de weg geruimd, kan een autistisch persoon vaak alsnog voldoen aan de vraag. Bij een PDA’er is dat wezenlijk anders. Het feit dat het een vraag is, is zo’n inbreuk op het gevoel en de behoefte aan autonomie dat er in de hersenen direct een vlucht/vecht reactie op gang komt. Of maskeren, dat kunnen ze ook heel erg goed. En KAN er in dit geval niet voldaan worden aan de vraag. Wat deze ook is. Dit kan ook intern gestuurd zijn zoals eten of slaap.